Hart- en vaatproblemen ontstaan als de bloeddoorstroming in bepaalde slagaders, zoals de kransslagaderen rond het hart of de slagaders naar de hersenen, onvoldoende wordt. Meestal is dit een gevolg van een vernauwing van de vaten, met alle gevolgen voor het hart en de hersenen van dien. Maar ook op andere plaatsen in het lichaam kan vernauwing van de vaten optreden, zoals in de benen.
Erfelijke factoren spelen vaak een rol. Sommige afwijkingen zijn al bij de geboorte aanwezig. De meeste hart- en vaatproblemen ontstaan echter door vaatvernauwing. Deze wordt op zijn beurt meestal veroorzaakt door ‘risicofactoren’, waarbij iemands levensstijl natuurlijk een grote rol speelt. Te denken is aan ongezonde voeding, roken, alcoholmisbruik, te grote spanning en te weinig beweging. Maar ook bijvoorbeeld een verhoogd cholesterol, overgewicht, verhoogde bloeddruk, leeftijd, geslacht en erfelijke factoren spelen een rol.